Wat is een niet-residentieel gebouw?

Niet-residentiële gebouwen spelen een essentiële rol in ons dagelijks leven: denk dan bijvoorbeeld aan een supermarkt, het gemeentehuis of een bankkantoor. Maar wist je dat deze panden ook te maken hebben met specifieke regels, vooral als het gaat om energieverbruik en duurzaamheid? In dit artikel ontdek je welke verplichtingen er voor deze gebouwen gelden en waarom ze steeds belangrijker worden in de richting van een groenere toekomst.

Wat is een niet-residentieel gebouw?

Wat is dat nu eigenlijk, zo'n niet-residentieel gebouw? Laten we starten bij het begin: een niet-residentieel gebouw is een pand dat niet wordt gebruikt voor wonen, maar voor commerciële of openbare doeleinden. Dit kan variëren van kantoren, winkels, en scholen tot ziekenhuizen en industriële panden. In Vlaanderen gelden voor deze gebouwen specifieke regels en verplichtingen, vooral op het gebied van energieverbruik en -efficiëntie. Het doel is om deze gebouwen duurzamer te maken en bij te dragen aan de ambitie van Vlaanderen om tegen 2050 volledig koolstofneutraal te zijn. Dit wil zeggen dat alle energie opgewekt wordt uit hernieuwbare bronnen, zoals zonnepanelen.

Verplichtingen voor niet-residentiële gebouwen

Voor niet-residentiële gebouwen zijn er strikte eisen op het gebied van energieprestaties. Hieronder geven we je een overzicht van de huidige verplichtingen in Vlaanderen:

1. Renovatieverplichting: Sinds 01/01/2022 moet elke niet-residentiële gebouweenheid binnen de 5 jaar na overdracht verplicht aan een aantal energiebesparende maatregelen voldoen. Deze verplichting bestaat uit 2 onderdelen: een minimaal maatregelenpakket en een minimaal te behalen energielabel.
2. Energieprestatiecertificaat: Sinds 01/05/2023 is een energieprestatiecertificaat verplicht bij de overdracht (of verhuur) van gebouwen met een niet-residentiële hoofdbestemming. Sinds 01/01/2025 is het voor niet-residentiële gebouwen met een bruto vloeroppervlakte groter of gelijk aan 1000m3 ook verplicht om over dit EPC te beschikken, zelfs wanneer er geen overdracht plaatsvindt. Vanaf 2026 wordt dit verplicht voor alle gebouwen, ongeacht de bruto vloeroppervlakte.
3. Gebouwautomatisering en -controlesysteem: niet-residentiële gebouwen met een verwarmingssysteem en/of een airconditioningsysteem van meer dan 290kW moeten hier uiterlijk op 31/12/2025 over beschikken. Klik hier voor meer informatie.

Waarom gelden er andere regels voor niet-residentiële gebouwen?

Er gelden andere regels voor niet-residentiële gebouwen dan voor residentiële gebouwen in Vlaanderen vanwege hun uiteenlopende functies en het energieverbruik dat daarmee gepaard gaat. Niet-residentiële gebouwen, zoals kantoren en winkels, hebben vaak complexere systemen voor verwarming, verlichting en ventilatie, waardoor er strengere eisen gelden op het gebied van energie-efficiëntie.